De- en het-woorden
Om stijlfouten te voorkomen moet je bij het gebruik van persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden kijken of deze voornaamwoorden terugwijzen naar een de- of een het-woord, én of dat de-woord concreet of abstract is. Abstracte de-woorden zijn namelijk vrouwelijk (zij/ haar), de andere mannelijk (hij/ zijn).
Maak na het bekijken van het onderstaande filmpje de oefening van Cambiumned: eerst oefening 1 en daarna oefening 2
Geef een reactie